Een persoon die zich wil bekwamen in het OCE vak, begint als Assistent OCE-deskundige. Het accent van dit deskundigheidsniveau ligt op het uitvoeren van detectie. Daarnaast beschikt de Assistent OCE-deskundige over basiskennis op het gebied van explosieve stoffen, munitieherkenning (op het niveau van de 16 hoofdgroepen) en het lokaliseren en laagsgewijs ontgraven van CE. De Assistent OCE-deskundige werkt altijd onder de directe begeleiding en verantwoordelijkheid van de OCE-deskundige. Een uitzondering hierop is het computerondersteund detecteren. Dit mag onder voorwaarden (zie WSCS-OCE) door twee Assistent OCE-deskundigen worden uitgevoerd.
Het examen Assistent OCE-deskundige bestaat uit een theorie-examen, een praktijkexamen en een examenonderdeel CE-herkenning. Voor de Assistent OCE-deskundige geldt geen ervaringseis. De examenkandidaat hoeft vooraf ook niet te beschikken over het certificaat Basiskennis OCE. Tijdens het examen worden wel de eind- en toetstermen Basiskennis OCE afgetoetst. Indien de kandidaat reeds over een certificaat Basiskennis OCE beschikt, hoeven deze examenopgaven niet te worden gemaakt.